Nadia, een tweedejaarsstudent op een openbare middelbare school, draagt een hoofddoek. Ze houdt zich aan de bepalingen van de wet van 15 maart 2004. Toch vraagt de schooldirecteur haar sinds een paar dagen om haar hoofddoek af te doen zodra ze op de stoep tegenover haar school staat. Ze vraagt zich nu af of zo’n bevel wel wettelijk is.
Wat zegt de wet?
De WET nr. 2004-228 van 15 maart 2004 die, volgens het principe van secularisme, het dragen van tekens of kleding die opzichtig een religieuze overtuiging tonen in openbare lagere en middelbare scholen regelt, stelt:
“In openbare basis- en middelbare scholen is het dragen van tekens of kleding waarmee leerlingen opzichtig een religieuze overtuiging tonen verboden“.
De wet is van toepassing op openbare lagere en middelbare scholen, en de circulaire van 18 mei 2004 betreffende de implementatie van de wet van 15 maart 2004 specificeert dat in middelbare scholen de wet van toepassing is op alle leerlingen, inclusief degenen die ingeschreven zijn voor post-baccalaureaat opleidingen (voorbereidende klassen voor grote scholen, hogere technische secties).
Volgens de circulaire van 2004 (art.2-2) is de wet van 15 maart 2004 van toepassing op alle activiteiten die onder de verantwoordelijkheid van de scholen of leraren vallen, inclusief die buiten het schoolterrein plaatsvinden, zoals schoolreisjes en lessen lichamelijke opvoeding.
Hoewel leerlingen geen religieuze symbolen mogen dragen op het schoolterrein en tijdens schooluitjes, zijn ze vrij om hun hoofddoek te dragen totdat ze het schoolterrein betreden, met andere woorden tot aan het hek of de poort van de school.
Het onderwijzend personeel mag leerlingen dus niet vragen om hun hoofddoek af te doen op 50 meter afstand van de school of op de stoep aan de overkant, onder het mom dat de omgeving van de school bij de school hoort.
De omgeving van een school, zoals stoepen, wegen of parkeerplaatsen, valt namelijk niet onder de bevoegdheid van de schooldirecteur, maar onder de verantwoordelijkheid van de gemeente.
Wat moet ik doen?
Als je opmerkingen krijgt over het feit dat je je hoofddoek afdoet bij de ingang van de school:
- Vraag naar de wettelijke grondslag (wettekst, circulaire, decreet, intern reglement, enz.) die rechtvaardigt dat je gevraagd wordt om ‘m verder weg af te doen.
- Als je de toegang tot de school wordt geweigerd, vraag dan om een schriftelijke kennisgeving met de reden van weigering.
- Informeer je ouders over de situatie en vraag samen met hen om een afspraak met de schooldirecteur om te bemiddelen.
- Je kunt de directeur van de departementale onderwijsdiensten (DSDEN) en de Ombudsman waarschuwen.
- Als het meningsverschil blijft bestaan, kun je een beroep doen op de bemiddelaar van het nationaal onderwijs.
- Neem contact op met Equitas die je juridische ondersteuning en bijstand zal bieden.
TOEPASSELIJKE REFERENTIES:
Wetten en wetsartikelen: WET nr. 2004-228 van 15 maart 2004 ter omkadering, in toepassing van het beginsel van secularisme, van het dragen van tekens of kleding die opzichtig een religieuze overtuiging tonen in openbare basis- en middelbare scholen; art. L. 141-5-1 van het Wetboek van onderwijs; art. L. 111-1, L. 141-1 en L. 141-2 van het Wetboek van onderwijs; artikel R. 511-12 van het Wetboek van onderwijs; art. D. 511-43 van het Wetboek van onderwijs; art. 225-1 en 225-2 van het Wetboek van strafrecht; art. 8 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en art. 2 van het aanvullend protocol nr. 1.
Circulaires: Circulaire van 18 mei 2004 betreffende de uitvoering van wet nr. 2004-228 van 15 maart 2004 ter omkadering, in toepassing van het beginsel van secularisme, van het dragen van tekens of kleding die een religieuze overtuiging tonen in openbare basis- en middelbare scholen; Circulaire nr. 2014-059 “Toepassing van de regel, preventieve maatregelen en sancties”.
Jurisprudentie: Raad van State, 5 december 2007, nr. 295671, nr. 285394, nr. 285395 en nr. 285396; EHRM 8 november 2011 V. C. tegen Slowakije, nr. 18968/07.