Wat is een klacht indienen?

Een klacht indienen stelt een slachtoffer in staat om de rechterlijke macht te informeren dat er een misdrijf is gepleegd. De feiten in kwestie moeten strafbaar zijn gesteld door een wet die een strafrechtelijke sanctie voorziet. Het indienen van een klacht is dus nutteloos wanneer de geschillen alleen civiel of administratief van aard zijn.

Als het slachtoffer de dader niet kent of niet zeker is van diens identiteit, moet hij aangifte doen tegen onbekenden.

Er moet onderscheid worden gemaakt tussen een klacht en een aangifte (proces-verbaal van gerechtelijke inlichtingen) die vooral dient om bepaalde feiten officieel te dateren die later als bewijs kunnen dienen in een gerechtelijke procedure.

Wie kan aangifte doen?

Iedereen die slachtoffer is van een strafbaar feit kan aangifte doen.

Hoewel een minderjarige elk misdrijf waarvan hij slachtoffer is kan melden aan justitie, heeft hij geen juridische bevoegdheid en kan hij zijn klacht niet ondertekenen. Daarom moet hij verplicht worden vertegenwoordigd door een ouder, een rechthebbende of een ad hoc beheerder.

Wanneer aangifte doen?

Om aangifte te doen moet je je houden aan de verjaringstermijnen. Die verschillen per soort strafbaar feit en beginnen meestal te lopen vanaf de dag waarop het feit is gepleegd.

Het is belangrijk om te weten dat een klacht de verjaringstermijn niet onderbreekt (Hof van Cassatie, Strafkamer, 11 juli 2012, 11-87.583). Alleen het onderzoek van het Openbaar Ministerie gericht op het onderzoeken van de door het slachtoffer aangekaarte feiten of de klacht met burgerlijke partijstelling onderbreken de verjaringstermijn.

De verschillende vormen van klachten

Er zijn verschillende manieren om aangifte te doen:

Aangifte ter plaatse

Je kunt naar een politiebureau of een gendarmerie naar keuze gaan. Politie- of gendarmerieagenten zijn verplicht de aangifte op te nemen (artikel 15-3 van het Wetboek van Strafvordering), ongeacht waar het strafbare feit is gepleegd, ongeacht waar het slachtoffer woont, en zelfs als er op het moment van aangifte geen bewijselementen zijn.

Het slachtoffer moet gehoord worden en van de aangifte moet een proces-verbaal worden opgemaakt waarvan hij een ontvangstbewijs krijgt.

Elektronische vooraangifte

Je kunt online een vooraangifte invullen (art. 15-3-1 van het Wetboek van Strafvordering), die je daarna moet ondertekenen op het politiebureau of de gendarmerie. Dit geldt alleen voor aangiftes tegen onbekenden, voor vermogensdelicten of discriminatie.

Bovendien kun je sinds 15 maart 2022, als je slachtoffer of getuige bent van internetfraude, online aangifte doen of het misdrijf melden via het THESEE-systeem (geharmoniseerde behandeling van onderzoeken en meldingen van e-fraude).

Per brief

Je kunt aangifte doen bij de officier van justitie door een brief te sturen naar de rechtbank van de plaats waar het strafbare feit is gepleegd of waar de dader woont. De brief moet bepaalde verplichte vermeldingen bevatten:

  • Je burgerlijke staat en volledige contactgegevens;
  • Een gedetailleerd verslag van de feiten met datum en plaats van het strafbare feit;
  • De naam van de dader als je die kent;
  • Namen en adressen van eventuele getuigen;
  • Een beschrijving en voorlopige of definitieve schatting van de geleden schade;
  • Bewijsstukken (bijvoorbeeld medische verklaringen, ziekteverlof, constateringen);
  • De wens om je als benadeelde partij te voegen.

Het wordt aanbevolen je aangifte per aangetekende brief met ontvangstbevestiging te versturen en alle verzend- en ontvangstbewijzen te bewaren

Het recht op informatie

Ongeacht de manier waarop aangifte wordt gedaan, krijgt de aangever een ontvangstbewijs zodra de aangifte is geregistreerd. Aarzel ook niet om een kopie van het proces-verbaal te vragen, die op verzoek wordt verstrekt (art. 15-3 van het Wetboek van Strafvordering).

Bij het indienen van een klacht moeten slachtoffers worden geïnformeerd over hun rechten (artikel 10-2 van het Wetboek van Strafvordering), met name: zich burgerlijke partij te stellen; de commissie voor schadevergoeding van slachtoffers van misdrijven in te schakelen; geïnformeerd te worden over de beschermingsmaatregelen waarvan zij kunnen profiteren, of te kunnen profiteren van een tolk en een vertaling van de informatie die onmisbaar is voor de uitoefening van hun rechten.

Tijdens het vooronderzoek kan sinds de WET nr. 2021-1729 van 22 december 2021 een kopie van het hele dossier of een deel ervan ter beschikking worden gesteld aan de klager en/of zijn advocaat (artikel 77-2 van het Wetboek van Strafvordering).

Het starten van een onderzoek

Het indienen van een klacht leidt tot een strafrechtelijk onderzoek, uitgevoerd door de politie of de gendarmerie, dat moet vaststellen of er een misdrijf is gepleegd en de dader moet identificeren. Aan het einde van het onderzoek is alleen de officier van justitie bevoegd om te beslissen of er al dan niet vervolging wordt ingesteld.

Intrekken van een klacht

Je kunt je klacht altijd intrekken door naar het politiebureau of de gendarmerie te gaan of door te schrijven naar de officier van justitie. In geval van belediging, smaad of bepaalde schendingen van de privacy zal de intrekking leiden tot het stopzetten van de vervolging. Voor andere overtredingen leidt dit echter niet automatisch tot het stoppen van het onderzoek of de vervolging van de dader.

Wat te doen als men weigert je klacht te registreren?

Als men weigert je klacht op te nemen, heb je verschillende actiemogelijkheden:

  • Vertel de politie- of gendarmerieagent dat je je rechten kent en dat ze in staat moeten zijn je klacht op te nemen, onder verwijzing naar de bepalingen van artikel 15-3 van het Wetboek van Strafvordering.
  • Als de weigering om de klacht op te nemen aanhoudt, kun je naar een ander politiebureau of gendarmerie gaan en tegelijkertijd de IGPN en de Ombudsman inschakelen. De Ombudsman heeft zich al over dit onderwerp uitgesproken en eraan herinnerd dat “een politiefunctionaris of een lid van de gendarmerie niet kan weigeren een klacht te registreren, behalve in gevallen waarin de afwezigheid van een overtreding onbetwistbaar is, zonder dat verdere verificatie nodig is” (Beslissing MDS-2013-41 van 26 maart 2013).
  • Je kunt rechtstreeks een klacht indienen bij de officier van justitie per brief en aangetekend met ontvangstbevestiging
  • Je kunt hulp krijgen van een vereniging uit het netwerk France Victimes of een andere vereniging.
  • Je kunt een beroep doen op Equitas die je kan bijstaan in je stappen.

TOEPASSELIJKE REFERENTIES

Artikelen 1 tot 10, 12 tot 15-4 en 39 tot 44-1 van het Wetboek van Strafvordering; Wet nr. 2019-222 van 23 maart 2019 inzake programmering 2018-2022 en hervorming van justitie; Decreet nr. 2018-388 van 24 mei 2018 betreffende de geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens genaamd “pre-aangifte online”; Besluit van 26 juni 2020 inzake de oprichting van de geharmoniseerde behandeling van onderzoeken en meldingen voor e-fraude (THESEE); Decreet nr. 2022-546 van 13 april 2022 tot toepassing van verschillende bepalingen van strafvordering van wet nr. 2021-1729 van 22 december 2021 voor het vertrouwen in de gerechtelijke instelling.

Ombudsman, beslissing MDS-2013-41 van 26 maart 2013; Hof van Cassatie, Strafkamer, 11 juli 2012, nr. 11-87.583

Op 4 mei 2025, tijdens de Belgische bekerfinale tussen Club Brugge en RSC Anderlecht, pleegden Brugse hooligans gewelddaden in Sint-Jans-Molenbeek en Jette. (...)
Deze woensdag heeft de bestuursrechter in Lille het besluit van de prefect van Nord om het associatiecontract tussen de particuliere moslimschool Averroès en de Franse staat te verbreken, ongeldig verklaard. (...)