Sofia ontdekt geschokt dat haar afbeelding op de voorpagina van een persoverzicht staat. De foto gaat vergezeld van de volgende kop: ‘Het nieuwe gezicht van radicalisering‘.
Wat zegt de wet?
Het recht op afbeelding komt voort uit het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer (art. 8 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens), dat wordt beschermd door artikel 9 van het Franse Burgerlijk Wetboek: ‘Iedereen heeft recht op eerbiediging van zijn privéleven. Rechters kunnen, onverminderd de vergoeding van geleden schade, alle maatregelen voorschrijven, zoals beslag, inbeslagname en andere, die geschikt zijn om een inbreuk op de privacy van het privéleven te voorkomen of te beëindigen: deze maatregelen kunnen, indien er spoed is, in kort geding worden bevolen‘.
Het recht op afbeelding stelt je in staat om de reproductie en openbare verspreiding van je afbeelding (foto of video) toe te staan of te weigeren, ongeacht de verspreidingsmedia, televisie, pers, website of anders:
” Elke persoon heeft over z’n afbeelding, als onlosmakelijk deel van z’n persoonlijkheid, een exclusief recht waarmee ‘ie zich kan verzetten tegen de reproductie ervan zonder z’n uitdrukkelijke en specifieke toestemming; zodat iedereen de mogelijkheid heeft om te bepalen hoe het gebruikt kan worden, met name door het medium te kiezen dat ‘ie geschikt vindt voor de eventuele verspreiding ervan. » (Rechtbank van Eerste Aanleg Parijs, 12 september 2000 « Charlotte R. echtgenote van Jean-Michel J. / Sarl DF Presse » ; Rechtbank van Eerste Aanleg Nanterre, 8 december 1999; Rechtbank van Eerste Aanleg Nanterre 8 april 2002 « Emilie Dequenne/Voici » ).
Volgens het Hof van Cassatie ‘heeft het recht waarover de persoon beschikt met betrekking tot zijn afbeelding betrekking op de vastlegging, bewaring, reproductie en het gebruik ervan en (…) de enkele vaststelling van een inbreuk geeft recht op schadevergoeding‘ (Hof van Cassatie, civ 1, 2 juni 2021, 20-13.753).
Bovendien reguleert de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) het recht op eerbiediging van je privéleven door je in staat te stellen de openbaarmaking van persoonsgegevens toe te staan of te weigeren, dat wil zeggen alle informatie over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon, direct of indirect, met name een afbeelding. Artikel 1 van de wet van 6 januari 1978 ‘betreffende informatica, bestanden en vrijheden’ stelt dat ‘informatica ten dienste moet staan van elke burger’ en dat dit ‘geen afbreuk mag doen aan de menselijke identiteit, noch aan de mensenrechten, noch aan het privéleven’. In dit kader geeft het recht op verwijdering of het recht om vergeten te worden je de mogelijkheid om onder bepaalde voorwaarden te verzoeken om de verwijdering van een foto op een website (art. 17 AVG).
Dus:
Het verspreiden van de afbeelding van een persoon die ermee instemt om in een privésetting te worden gefotografeerd, maar die de publicatie ervan niet toestaat, is illegaal en vormt een inbreuk op het recht op afbeelding (Art. 226-2 Wetboek van Strafrecht).
- ‘In een niet-professioneel tijdschrift is de foto van een advocate tijdens de uitoefening van haar beroep een inbreuk op de privacy‘ (Rechtbank van Eerste Aanleg Parijs, 27 maart 1981).
Foto’s maken van een persoon op een privélocatie zonder diens toestemming maar zonder ze op internet te publiceren, is illegaal en vormt een inbreuk op de privacy (Art. 226-1 Wetboek van Strafrecht).
- Bijv.: Je merkt dat iemand je heeft gefotografeerd terwijl je in je tuin was
Het publiceren van een afbeelding gemaakt op een openbare plaats, zonder toestemming is legaal als de gefotografeerde persoon niet geïsoleerd en niet herkenbaar is.
- Bijv.: je neemt deel aan een demonstratie en iemand fotografeert de menigte waarin jij je bevindt
De persoon van wie de afbeelding wordt verspreid is meerderjarig:
De voorafgaande voorwaarden:
- Als de afbeelding op een privélocatie is gemaakt, moet je herkenbaar zijn. Volgens de rechtbanken is een privélocatie in de zin van het recht op afbeelding een plaats ‘die voor niemand toegankelijk is, behalve met toestemming van degene die de plaats tijdelijk of permanent bezet’ (Rechtbank van Eerste Aanleg Parijs, 23 oktober 1986; Hof van Beroep Parijs, 19 november 1986). Het is noodzakelijk om je schriftelijke toestemming te hebben voor het gebruik van een afbeelding gemaakt op een privélocatie waar je herkenbaar bent (verspreiding, publicatie, reproductie of commercialisering).
- Als de afbeelding op een openbare plaats is gemaakt, moet je geïsoleerd en herkenbaar zijn.
Ook:
- De toestemming van het individu is nodig vanaf het moment dat de afbeelding wordt gemaakt, niet alleen op het moment van eventuele publicatie (EHRM, 15 jan. 2009, nr. 1234/05, Reklos en Davourlis tegen Griekenland).
- Je toestemming moet aangeven waar de afbeelding wordt verspreid, het doel en hoe lang de toestemming geldig is. Je toestemming is ook nodig als je afbeelding voor een ander doel wordt hergebruikt.
- De foto’s moeten ‘geschikt zijn voor het beoogde gebruik en in het bijzonder zo dat dit gebruik niet onwettig is’, zoals gedefinieerd door het Hof van Cassatie (11 maart 1997, nr. 95-11.143 12). Je moet weten dat de verantwoordelijkheid van het medium in het geding kan komen wanneer het gebruik verschilt van wat het bijschrift aangaf, wanneer het tendentieus is of wanneer het artikel dat door de afbeelding wordt geïllustreerd de gefotografeerde persoon devalueert.
- Er wordt echter erkend dat er in bepaalde omstandigheden een stilzwijgende overeenkomst bestaat voor de pers, zoals wanneer iemand zich laat fotograferen of interviewen door een verslaggever die als zodanig geïdentificeerd is. Deze stilzwijgende toestemming voor het maken van opnamen betekent echter niet noodzakelijkerwijs toestemming voor verspreiding.
De persoon van wie de afbeelding wordt verspreid is overleden:
Nabestaanden van een overleden persoon kunnen namens hen optreden: ‘nabestaanden van een persoon kunnen bezwaar maken tegen de reproductie van zijn afbeelding na zijn overlijden, mits zij persoonlijke schade ondervinden als gevolg van een inbreuk op de nagedachtenis of het respect verschuldigd aan de overledene’ (Hof van Cassatie, 1 juli 2010, nr. 09-15479).
De persoon van wie de afbeelding wordt verspreid, is minderjarig
Het recht op afbeelding behoort toe aan de betrokken persoon. Voor een minderjarige is echter toestemming van de ouders of wettelijke vertegenwoordiger nodig.
De uitzonderingen op het recht op afbeelding
Het recht op afbeelding wordt beperkt door het recht van het publiek op informatie, wanneer een actueel onderwerp, een historisch onderwerp of een algemeen debat over een maatschappelijk verschijnsel wordt geïllustreerd. Dit recht kan, in combinatie met dat van de vrijheid van meningsuiting, dus een inbreuk op het recht op afbeelding rechtvaardigen van een persoon die betrokken is als actor, getuige of figurant bij een actuele gebeurtenis.
Het is dus niet verplicht om toestemming te hebben als de betreffende afbeelding bijdraagt aan ‘een discussie van algemeen belang’ en voortkomt uit de behoeften van de actualiteit (EHRM, Grote Kamer, 7 feb. 2012, Von Hannover tegen Duitsland, verzoekschrift nr. 40660/08; Cass. 1e civ., 1 maart 2017, nr. 15-22.946).
Het recht op informatie is niet van toepassing als de afbeelding:
- afwijkt van haar doel;
- een inbreuk vormt op de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer of je waardigheid;
- wordt gebruikt voor commerciële doeleinden of reclame.
Bovendien vereist het gebruik van niet-ingekaderde afbeeldingen van mensen in het openbaar geen toestemming, als geen enkele persoon wordt geïndividualiseerd. Volgens de rechtbanken is een openbare plaats in de zin van het recht op afbeelding een plaats die voor iedereen toegankelijk is zonder speciale toestemming, het kan een straat zijn maar ook bijvoorbeeld een gebedsplaats.
De sancties
Wordt gestraft met een jaar gevangenisstraf en een boete van 45.000 euro het feit om, door middel van enig procedé, opzettelijk inbreuk te maken op de intimiteit van het privéleven van een ander:
- Door zonder toestemming van de auteur woorden vast te leggen, op te nemen of door te geven die privé of vertrouwelijk zijn uitgesproken;
- Door zonder toestemming van die persoon de afbeelding vast te leggen, op te nemen of door te geven van een persoon die zich op een privéplaats bevindt (art. 226-1 van het Wetboek van Strafrecht).
Wordt gestraft met een jaar gevangenisstraf en een boete van 15.000 euro het feit om, via welk middel dan ook, de montage te publiceren die is gemaakt met de woorden of de afbeelding van een persoon zonder diens toestemming, als het niet duidelijk is dat het om een montage gaat of als dit niet uitdrukkelijk wordt vermeld (art. 226-8 van het Wetboek van Strafrecht).
Op het gebied van de pers moet, om als persdelict te worden aangemerkt, de inbreuk op het recht op afbeelding worden gekwalificeerd als een aantasting van de reputatie van de betreffende persoon, met name door de verspreiding van een vernederende of degraderende afbeelding. De perswet somt verantwoordelijke personen op (art. 42 en 43 van de wet van 29 juli 1881 op de persvrijheid), als hoofddaders de publicatiedirecteuren of uitgevers; bij gebreke daarvan, de auteurs; bij gebreke daarvan de drukkers; bij gebreke daarvan de verkopers, distributeurs en aanplakkers.
Wat te doen als je afbeelding zonder je toestemming is verspreid?
- Screenshots maken en de URL-link bewaren.
- Maak een screenshot van de reacties onder het artikel.
- De feiten moeten worden bewezen door het leveren van materiële elementen:
- Als je foto in de gedrukte pers is gepubliceerd, moet je een exemplaar van de betreffende krant meenemen.
- Als je afbeelding op internet is gepubliceerd, kun je de URL van de pagina opslaan en screenshots maken.
- Verzamel getuigenissen die bevestigen dat ze jou hebben geïdentificeerd.
- Vraag om de afbeelding te verwijderen:
- Je kunt contact opnemen met de verspreider van de afbeelding, zoals de fotograaf
- Als de afbeelding op internet is gepubliceerd, neem dan contact op met de beheerder van de website of het sociale netwerk waarop de afbeelding is geplaatst. Schrijf een brief en vergeet niet de betreffende URL-links, de te verwijderen informatie en de reden te vermelden.
- Als er binnen een maand geen bevredigend antwoord is gegeven door de site, neem dan contact op met de CNIL via hun online klachtenformulier: Online klacht
- De burgerlijke rechter in kort geding adiëren
Als men weigert je afbeelding te verwijderen, kun je met spoed naar de burgerlijke rechter stappen om:- De verwijdering van de afbeelding;
- Het toekennen van schadevergoeding;
- De terugbetaling van advocaatkosten.
- Aangifte doen wegens inbreuk op de privacy of een rechtstreekse dagvaarding indienen voor schending van de privacy: wanneer de dader van de inbreuk is geïdentificeerd, is het mogelijk om rechtstreeks naar de rechtbank te stappen.
TOEPASSELIJKE REFERENTIES
Art. 42 en 43 van de wet van 29 juli 1881 op de persvrijheid; Artikel 9 van het Burgerlijk Wetboek; artikelen 226-1 tot 226-9 van het Wetboek van Strafrecht; artikelen 484 tot 492-1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering; art. 8 van het Wetboek van Strafvordering; Art. 17 van de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens.
Jurisprudentie : EHRM, Grote Kamer, 7 feb. 2012, Von Hannover t. Duitsland, verzoekschrift nr. 40660/08; EHRM, 15 jan. 2009, nr. 1234/05, Reklos en Davourlis t. Griekenland); Rechtbank Parijs, 23 oktober 1986; Hof van Beroep Parijs, 19 november 1986; Hof van Cassatie, 11 maart 1997, 95-11.143 12; Hof van Cassatie 1e civ., 1 maart 2017, nr. 15-22.946; Hof van Cassatie, 1e civ, 2 juni 2021, nr. 20-13.753; Rechtbank van Eerste Aanleg Parijs, 12 september 2000 “Charlotte R. echtgenote Jean-Michel J. / Sarl DF Presse”; Rechtbank van Eerste Aanleg Nanterre, 8 december 1999 – LEGIPRESSE nr. 169 III. Pagina 40; Rechtbank van Eerste Aanleg Nanterre 8 april 2002 “Emilie Dequenne/Voici; Rechtbank Parijs, 27 maart 1981, D. 1981, p. 324.