Vasten op het werk – Belgisch recht

Sofiane vast tijdens de ramadan. In deze periode gebruikt hij liever zijn lunchpauze om in zijn kantoor uit te rusten, in plaats van met collega’s te lunchen zoals de rest van het jaar. Zijn baas verwijt hem dat hij zich isoleert en niet meer deelneemt aan teammaaltijden. Mag men hem verwijten dat hij vast?

Wat zegt de wet?

Het vasten om religieuze redenen maakt deel uit van de godsdienstvrijheid. Toch rijst voor werknemers elk jaar de vraag of het vasten verenigbaar is met hun professionele activiteiten.

Vasten om religieuze redenen valt onder de godsdienstvrijheid, die zowel door internationale teksten als door de Belgische grondwet en arbeidswetgeving wordt gegarandeerd.

Artikel 19 van de Grondwet bepaalt dat

De vrijheid van eredienst, de vrije openbare uitoefening ervan, alsmede de vrijheid om op elk gebied zijn mening te uiten, zijn gewaarborgd, behoudens bestraffing van de misdrijven die ter gelegenheid van het gebruikmaken van die vrijheden worden gepleegd.

Artikel 9 van het EVRM bepaalt op zijn beurt dat

Een ieder heeft recht op vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst; dit recht omvat tevens de vrijheid om van godsdienst of overtuiging te veranderen, alsmede de vrijheid hetzij alleen, hetzij met anderen, zowel in het openbaar als privé zijn godsdienst te belijden of overtuiging tot uitdrukking te brengen in erediensten, in onderricht, in praktische toepassing ervan en in het onderhouden van geboden en voorschriften“.

Bovendien bepaalt de wet betreffende de arbeidsovereenkomsten van 3 juli 1978 in artikel 20, 5° dat de werkgever verplicht is “de werknemer de nodige tijd te geven om zijn geloofsplichten, alsmede zijn burgerlijke verplichtingen die uit de wet voortvloeien, te vervullen“.

De antidiscriminatiewet van 10 mei 2007 verbiedt ook elk ongeoorloofd onderscheid op grond van godsdienst in de werkomgeving. Het weigeren van een redelijke aanpassing in verband met vasten, zonder geldige reden, zou als discriminerend kunnen worden beschouwd. (Zie praktische fiche).

De werkgever kan dus en werknemer niet verbieden te vasten noch hem dwingen zijn vasten te breken. Zo’n bevel zou een inbreuk zijn op de godsdienstvrijheid en zou bestraft kunnen worden.

Wat moet ik doen?

  • Communiceer de geldende wetgeving aan de werkgever.
  • Schakel de vakbondsafvaardiging, het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) of een andere werknemersvertegenwoordiger van je bedrijf in bij geschillen.
  • Neem contact op met UNIA om discriminatie te melden.
  • Neem contact op met de juridische dienst van het CCIE die je bij elke stap zal begeleiden.

Toepasselijke referenties:

  • Artikel 19 van de Belgische Grondwet
  • Artikel 9 van het EVRM
  • Artikelen 17 en 20 van de wet betreffende de arbeidsovereenkomsten van 3 juli 1978.
  • Wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie.

Op 4 mei 2025, tijdens de Belgische bekerfinale tussen Club Brugge en RSC Anderlecht, pleegden Brugse hooligans gewelddaden in Sint-Jans-Molenbeek en Jette. (...)
Deze woensdag heeft de bestuursrechter in Lille het besluit van de prefect van Nord om het associatiecontract tussen de particuliere moslimschool Averroès en de Franse staat te verbreken, ongeldig verklaard. (...)